HOGE RAAD 29-05-1951 POGING TOT GASMOORD / HAMER-ARREST 45 Sr
Casus:
In dit arrest is de dader niet toegekomen aan de handeling die de dood van het slachtoffer te weeg had moeten brengen. Namelijk het in de gasoven leggen van het slachtoffer. Na de klap met de hamer valt de echtgenoot de ingebroken minnaar van zijn vrouw aan.
De Hoge Raad neem toch een strafbare poging aan. Dit duidt op een niet zo strenge causale pogingsleer.
Vindplaats: NJ 1951, 480