Miners – Klibansky. President RB Amsterdam 08-02-1990. KG 1990, 97.

Uitspraak: Miners/Klibansky

Onderwerp: Schuldeisers

Inzake: Huurovereenkomst; 39 Fw werkt niet jegens de echtgenoot indien koude uitsluiting

Vindplaats: President RB Amsterdam 08/02/1990; KG 1990, 97

Feiten: De heer en mevrouw Klibansky huren van Miners een woning. Ze zijn buiten gemeenschap van goederen gehuwd. Klibansky wordt in staat van faillissement verklaard op 31/10 en Miners zegt op 20/12 de huurovereenkomst op per 01/04. De echtelieden ontruimen niet per 1 april de woning en Miners vordert met een beroep op 39 Fw veroordeling van de Klibansky’s om de woning te ontruimen

Verweer: De Klibansky’s verweren zich door te stellen dat ze niet in gemeenschap van goederen zijn getrouwd en dat het faillissement daarom mevrouw Klibansky niet raakt en de huurovereenkomst jegens haar niet rechtsgeldig kan worden opgezegd met een beroep op 39 Fw

Rechtsvraag: Kan een verhuurder de huur rechtsgeldig opzeggen ogv 39 Fw jegens de echtgenote van de failliet verklaarde huurder indien men is gehuwd buiten elke gemeenschap van goederen?

Pres: Art. 39 Fw is op mevrouw Klibansky als echtgenote buiten gemeenschap van goederen niet van toepassing

Nu zij medehuurster van de woning is en voorts is komen vast te staan dat zij (en niet Klibansky of de boedel) de huurpenningen steeds op tijd heeft voldaan, terwijl niet aannemelijk is geworden dat ze dat in de toekomst niet uit eigen middelen zou kunnen doen, valt niet in te zien welk rechtmatig belang Miners heeft bij de gevorderde ontruiming, zodat er onvoldoende grond bestaat voor toewijzing van de vordering. Daaraan kan niet afdoen dat Klibansky als echtgenoot/medehuurder van rechtswege eveneens het genot heeft van het gehuurde

Scroll naar boven